-
1 croak
n. gekwaak--------v. kwaken (kikvorsen), krassen; het loodje leggen (sl.); met schorre stem zeggencroak1[ krook] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:————————croak21 kwaken 〈 door kikvorsen〉 ⇒ krassen 〈 onder meer door raven en kraaien〉; hees/schor zijn; (ontevreden) grommen, brommenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 op hese toon/met schorre stem zeggen/voorspellen -
2 grenouille
grenouille [grənoej]〈v.〉♦voorbeelden:grenouille verte • kikker, groene kikvorsavoir des grenouilles dans le ventre • een rommelende maag hebben -
3 frog
n. kikker, amfibiën zonder staart met gladde huid en lange achterpoten; decoratieve sluiting op een jas of jacket met een knoop en een lus; elastic harde substantie in de voetzool van een paard; (Beledigende Taal) Fransman[ frog]♦voorbeelden: -
4 Frosch
Перевод: со всех языков на нидерландский
с нидерландского на все языки- С нидерландского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Французский